Een van de meest voorkomende oorzaken van het uitvallen van een bekabeld netwerk zijn problemen met de netwerkadapter. Trage verbindingen, sporadische verbindingen en zelfs onderbroken of geen toegang tot uw netwerk zijn allemaal mogelijke gevolgen. Het is van cruciaal belang om te weten hoe u problemen met netwerkadapters kunt oplossen als u een stabiele netwerktoegang wilt behouden.
Los problemen met netwerkadapters op via hardware
Als de netwerkadapter niet werkt, kunt u beginnen met de volgende stappen voor het oplossen van hardwareproblemen:
1. Onderzoek alle fysieke verbindingen om er zeker van te zijn dat alle netwerkkabels, optische kabels en netwerkkaarten goed in poorten en sleuven zijn geplaatst en niet loszitten of losgekoppeld zijn. U kunt proberen de kaarten los te koppelen en opnieuw aan te sluiten. U kunt naar stap 2 gaan als uw NIC nog steeds geen verbinding kan maken met uw netwerk.
2. Onderzoek de LED-indicatoren van uw netwerkkaarten: Als de verbindings-LED’s niet oplichten, betekent dit dat het netwerk geen toegang heeft tot de fysieke verbinding. Er kan een probleem zijn met de netwerkapparaten of met het netwerk zelf. Probeer om te beginnen kabels of adapters in verschillende poorten of sleuven te steken om te bepalen of de poorten of sleuven kapot zijn. Als het probleem aanhoudt en u reservekabels en NIC-kaarten hebt, kunt u nieuwe kabels of NIC-kaarten vervangen om te zien of de kabels en NIC’s kapot zijn. U kunt de kaart gewoon op een andere computer of server installeren als u geen nieuwe NIC of kabel heeft. Als dat niet werkt, controleer dan de compatibiliteit van de kabels en netwerkapparaten die op uw adapter zijn aangesloten om te zien of hun merk, gegevenssnelheid en poorttype overeenkomen.
3. Controleer de status van uw netwerkadapter: U kunt Apparaatbeheer gebruiken om te zien of uw computer of server de netwerkkaart herkent door de onderstaande stappen te volgen. Als dit niet het geval is, gaat u verder met de volgende sectie: Software om problemen met netwerkadapters op te lossen.
a. Druk op Win + R op je toetsenbord om snel de RUN-box op te roepen.
b. Voer “devmgmt.msc” in het vak in en klik op de knop OK om Apparaatbeheer te openen.
c. Om dit gedeelte in Apparaatbeheer uit te vouwen, klikt u op Netwerkadapters. Dubbelklik daarna op uw netwerkadapter. De status van de netwerkkaart wordt vervolgens weergegeven op het tabblad Algemeen. Als het bericht “Dit apparaat werkt correct” op die pagina verschijnt, betekent dit dat de netwerkkaart nog steeds functioneert; als dit niet het geval is, kunnen er enkele unieke problemen zijn met uw kaart.
4. Controleer op bronconflicten in het besturingssysteem: Controleer op bronconflicten tussen de NIC en andere componenten van het systeem. Indien het enigszins mogelijk is, zou een NIC een IRQ niet moeten delen met SCSI- of RAID-controllers. Bij de meeste server-BIOS-pakketten kunt u deze instellingen hard instellen.
a. Druk tijdens het opstarten op F1 om het installatie- / configuratieprogramma te openen.
b. Kijk onder Advanced Setup / PCI Slot / Device Information (of PCI Bus Control) en selecteer het slot of het apparaat dat u wilt wijzigen.
c. Schakel alle ongebruikte apparaten uit om bronnen vrij te maken (seriële poorten, parallelle poorten, enzovoort).
5. Controleer de netwerkinstellingen van het besturingssysteem: Zorg ervoor dat alle protocollen en netwerkhardware correct zijn geconfigureerd (kabels, hubs, schakelaars, enz.). Alle IP-adressen moeten uniek zijn en DHCP moet correct worden geconfigureerd om automatisch een TCP / IP-adres te ontvangen.
6. Controleer of TCP / IP (of een ander geschikt protocol) correct is geïnstalleerd: U kunt dit controleren onder Microsoft Windows:
a. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Mijn netwerklocaties en selecteer Eigenschappen. De netwerkkaart moet worden gepresenteerd als Local Area Connection.
b. Klik met de rechtermuisknop op de juiste LAN-verbinding en selecteer Eigenschappen. Zorg ervoor dat in het venster Eigenschappen het internetprotocol (TCP / IP) is geïnstalleerd.
c. Als TCP / IP niet is geïnstalleerd, klikt u op Installeren, klikt u op Protocol en vervolgens op TCP / IP.
d. Controleer na de installatie of de vakjes Automatisch een IP-adres laten toewijzen en Automatisch een DNS-serveradres laten toewijzen beide zijn aangevinkt (als u DHCP gebruikt). Om het dubbel te controleren, klikt u met de rechtermuisknop op het TCP / IP-protocol en kiest u Eigenschappen. (Opmerking: als uw netwerk / serviceprovider dit nodig heeft, gebruik dan een statisch IP-adres.)
7. Controleer het TCP / IP-adres: u kunt dit doen onder Microsoft Windows:
a. Klik op Start, selecteer Programma’s, selecteer Bureau-accessoires en klik vervolgens op Opdrachtprompt.
b. Typ het commando ipconfig. Dit geeft het IP-adres voor de lokale machine weer.
c. Als dit een 169.x.x.x of 0.0.0.0 adres retourneert, typ dan de volgende opdrachten, ipconfig / release en vervolgens ipconfig / vernieuw. U zou dan een TCP / IP-adres moeten ontvangen dat geschikt is voor uw netwerk, samen met een standaard gateway-adres.
d. Probeer ermee te communiceren door de opdracht ping x.x.x.x te typen (waarbij x.x.x.x het IP-adres van de standaardgateway is).
e. Als dit geen antwoord geeft of je hebt geen TCP / IP-adres ontvangen, ga dan naar de volgende stap.
8. Ping het loopback-adres: u kunt dit doen onder Microsoft Windows:
a. Klik op Start, selecteer Programma’s, selecteer Bureau-accessoires en klik vervolgens op Opdrachtprompt.
b. Typ de opdracht, ping 127.0.0.1. Hierdoor wordt een bericht naar de interne netwerkstack op de machine gestuurd. Je zou een reactie als deze moeten zien:
127.0.0.1 pingen met 32 bytes aan gegevens:
Antwoord van 127.0.0.1: bytes = 32 tijd <10 ms TTL = 128
Antwoord van 127.0.0.1: bytes = 32 tijd <10 ms TTL = 128
Antwoord van 127.0.0.1: bytes = 32 tijd <10 ms TTL = 128
Antwoord van 127.0.0.1: bytes = 32 tijd <10 ms TTL = 128
Ping-statistieken voor 127.0.0.1:
Pakketten: verzonden = 4, ontvangen = 4, verloren = 0 (0% verlies),
Geschatte heen-en-terug-tijden in milliseconden:
Minimum = 0 ms, maximum = 0 ms, gemiddeld = 0 ms
9. Ping het IP-adres van uw systeem: om problemen met de netwerkadapter verder op te lossen, kunt u het systeem rechtstreeks op een ander systeem of een client aansluiten via een crossover-kabel of een dumb-hub. Stel TCP / IP in met twee opeenvolgende adressen (bijvoorbeeld 10.1.1.1 en 10.1.1.2) en gebruik de standaard subnetmaskers (255.0.0.0). Probeer vanaf een opdrachtprompt het IP-adres van de client te pingen. Als het systeem een reactie krijgt, is de netwerkadapter in orde. Als dit niet het geval is, kunt u naar het volgende softwaregedeelte gaan.
Los problemen met netwerkadapters op via software
Nadat we het hardwaregedeelte hebben uitgesloten van problemen met de netwerkadapter, is het tijd voor ons om het softwaregedeelte op te lossen.
- Installeer de netwerkadapterstuurprogramma’s opnieuw: Open het vak Apparaatbeheer en vouw de netwerkadapters in Apparaatbeheer uit, hetzelfde als in de vorige sectie. Kies vervolgens Verwijderen in het contextmenu wanneer u met de rechtermuisknop op de naam van de netwerkadapter klikt. Het stuurprogramma wordt opnieuw geïnstalleerd nadat u Apparaat verwijderen hebt bevestigd door op OK te klikken.
- Werk de netwerkstuurprogramma’s bij: Zoek vanaf een computer met internettoegang naar netwerkstuurprogramma’s voor uw product op de officiële softwarewebsite of neem contact op met de klantenondersteuning voor hulp. Download en installeer de meest recente update voor uw netwerkhardware, indien beschikbaar.
- Wijzig of upgrade uw apparaatsysteem: het apparaatsysteem kan soms de oorzaak zijn van een netwerkadapter die niet werkt. U kunt proberen Windows opnieuw te installeren of bij te werken naar de nieuwste versie (als er een nieuwere versie is dan die van u).
- Als geen van de voorgaande acties uw probleem heeft opgelost, kunt u aanvullende hulp zoeken bij uw netwerkbeheerder. Als u uw netwerkapparatuur bij FS heeft gekocht, kunt u ook verwijzen naar “Meer hulp nodig?”
Samenvatting
De netwerkkaart heeft praktisch elk aspect van ons online leven geïnfiltreerd. De meesten van ons hebben problemen met de netwerkadapter ondervonden. Als we problemen hebben, moeten we enige basiskennis hebben over hoe we het probleem kunnen aanpakken. Indien u contact wilt opnemen met een monteur dan kunt u contact opnemen via Bellen Windows Klantenservice.
